Smokkel
Als in 1822 de Tek Sing op de rotsen slaat, gaan 360.000 stuks porselein en honderden mensenlevens verloren. Op het dek van het schip zitten meer dan 1600 immigranten gepropt, die China illegaal proberen te verlaten. Naast de enorme hoeveelheden porselein worden aan boord ook potten met opiumresten gevonden. Het middel wordt door de Britten naar het oosten gesmokkeld, wat leidt tot massaverslaving. Hoewel de Chinese handel floreert, begint het keizerrijk steeds meer te wankelen.
Pioniers
Oudere wrakken leren dat er al ver voor de VOC bloeiende handel in Azië is. Een Chinees schip dat ter hoogte van Sinan zinkt in 1323, is op weg naar Japan. Dat blijkt uit de houten etiketten waar veel pakketten aan boord van zijn voorzien. Voor archeologen is deze informatie een waardevolle ontdekking. Verder wordt exclusieve keramiek voor de rijke elite gevonden maar ook wierrookbranders en beelden van heiligen voor Japanse tempels. Al veel eerder zijn het de Arabieren die als eerste met hun sierlijke schepen lange afstanden kunnen overbruggen op de open zee. Het Tang-schip, gezonken rond 830, vaart naar China om het gewilde steengoed en porselein in te kopen. De verfijnde potten, kommen, spiegels en schotels bereiken echter nooit hun bestemming: de kapitein besluit op de terugreis een omweg te maken en stuit daarbij op een stel gevaarlijke riffen. Het schip zinkt met man en lading.
De tentoonstelling Gezonken Schatten wordt mede mogelijk gemaakt door Mondriaan Fonds (het publieke stimuleringsfonds voor beeldende kunst en cultureel erfgoed), Korea Foundation, LF2028, Van Achterbergh-Domhof, Prins Bernhard Cultuurfonds en Buchter-De Vries Fonds, Sint Anthony Gasthuis, Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, Club Céramique, Vereniging van Vrienden Keramiekmuseum Princessehof en M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting.
Campagnebeeld: concept & fotografie door Maarten van der Wal.