Vijf gangen
Joost kookt elke kerst een vijfgangendiner en gebruikt voor het opdienen een bijzonder servies. Voor deze tentoonstelling leent hij zijn servies uit, evenals het boekje waarin hij jarenlang bijhield wie er was, wat er gegeten werd en hoe de tafel werd gedekt.
Servies van mijn grootmoeder
Mijn grootouders van mijn moederskant zijn getrouwd in 1930. En ze zijn vlak daarna naar Nederlands-Indië vertrokken. Dit servies hebben ze als huwelijkscadeau gekregen, in delen, van familie en vrienden. En toen werd het oorlog en moesten ze in een Jappenkamp, dus dat servies is ingepakt, opgeslagen, in de oorlog niet gebruikt en na de oorlog is dat, met alles wat ze nog hadden, mee terug gekomen naar Nederland. En er is nog heel erg veel van. Toen mijn oma overleed in 1985, heb ik aangegeven dat ik het heel leuk zou vinden om dat servies te erven en via mijn moeder heb ik dat servies inderdaad gekregen.
Kerstmis
Dat servies is altijd meeverhuisd en we gebruiken het altijd op hoogtijdagen, onder andere met kerstmis. En dan zijn we met veel, dus gebruiken we dit servies ook. We houden ervan om leuk de tafel te dekken en daarmee uit te pakken. En zo’n servies, waarvan je eigenlijk alle delen nog hebt, nou ja, dat helpt daar reuze aan mee.
Vijf gangen
En ik kook het, ik vind dat leuk om te doen. We hebben meestal een soort wildgebraad, bijvoorbeeld een wildzwijn-bout, zo’n soort iets. We doen eerst een koud voorgerecht, dan een soep, dan een hoofdgerecht, dan een toetje en dan eventueel nog kaas.
Menu’s en kandelaars
Ja die tafel dekken, ik hou daar erg van. Ik denk: wat jammer is, is dat ik het misschien te goed kan, dus daarom niet zo goed in geslaagd ben om dat over te dragen op mijn kinderen. Een damasten tafelkleed, servetten, als het even kan een menu, kandelaars. Als je het leuk vindt om de tafel te dekken, dan is het goed als je ook zorgt dat je veel bestek hebt en zo.